Het volstond niet dat mijn ganse professionele carrière van meer dan 40 jaar werd dood gezwegen ook mijn reputatie moest eraan geloven. Ik moest falen op alle gebied. Het Amerikaanse icoon van de polemiek Gore Vidal verwoordde tot wat de afgunst en hebzucht van immens ambitieuze zakenlui leidt : ‘It is not enough to succeed. Others must fail.’ Het is niet genoeg te slagen, anderen moeten falen.
Wat vooraf ging : Je hebt in de voorbije posts kunnen lezen hoe ik het vaderschap verloor van de titels die ik had gecreëerd, in het bijzonder van Joepie en Dag Allemaal, en hoe uiteindelijk mijn ganse professionele nalatenschap werd uitgewist.
Voorafgaand aan de breuk van mijn partnership met de familie Van Thillo einde 2000 werden alle zeilen bijgezet om mij binnenshuis als buitenhuis af te schilderen als een boeman, omstreden en onbetrouwbaar, met wie niet kon worden samengewerkt. Ik had niets in de gaten.
Dat ik bepaalde quotes herhaal uit vorige posts , is nodig om aan te tonen hoe listig de communicatie verspreid maar gecoördineerd was om mij het vaderschap van de titels te ontnemen, mijn nalatenschap uit te wissen, en ook mijn reputatie te schaden. Die acties waren nodig om de ‘zware beroepsfout’ die contractueel was voorzien, hard te maken.
‘Flood the zone with shit’, was de strategie waarmee constant en via diverse communicatie-kanalen onwaarheden en leugens werden gelanceerd of feiten werden verzwegen waartegen ik als enkeling weinig of geen verweer had. Het was voor mij ook onmogelijk een compleet overzicht te hebben van wat werd verspreid via alle communicatiemiddelen. Ik was bladen aan het creëren en dat eiste al mijn aandacht op. Dat verklaart waarom ik jaren nodig had om alle puzzelstukjes bijeen te harken tot ze in elkaar pasten en het geheel zichtbaar werd.
Met de komst van de derde generatie eind de jaren ‘80 werd het schietkraam in stelling gebracht waar diverse schutters om diverse objectieve redenen elkaar vonden om die vrijbuiters van Dag Allemaal eens goed de les te spellen. Dag Allemaal had in geen tijd het duopolie van TV-Express en Humo opgebroken met zijn verbrede inhoud die populaire en kwaliteitsjournalistiek verbond, en met zijn perfecte tv-gids. De redactie was onafhankelijk en voer zijn eigen koers waarbij een strikte deontologische code werd gehanteerd. Dag Allemaal had bovendien de culot de omerta binnen de journalistiek aan te klagen en te doorbreken. We hielden de ‘kwaliteitspers’ een spiegel voor wanneer ze schaamteloos uit de bocht ging en ze vond dat ze daarvoor geen enkele verantwoording had af te leggen. Het ontluisterend Notaris X-dossier waarvan Humo en De Morgen jarenlang de aanstokers en inquisiteurs waren geweest, was daar een markant voorbeeld van. Notaris X was jarenlang ten onrechte beschuldigd van incest met zijn twee jonge kinderen. Daarop volgden nog meer sensationele X-verhalen waarmee werd gescoord maar die achteraf grotendeels verzonnen bleken te zijn. ‘Dat de verhalen fake zijn, is niet belangrijk, ze lezen als een trein’, liet Christian Van Thillo de hoofdredactie van De Morgen weten in een beleidsnota in 1999 om de verkoop op te krikken.
Onze terechte kritiek was als vloeken in de kerk. Waar moeide dat ‘boekske’ zich eigenlijk mee ?
Ik en mijn redactie vonden dat de pers die zich het recht toe eigende om de maat van jan en alleman te nemen, transparant hoorde te zijn over zijn eigen werk. Ook dat was visionair, zo blijkt. Voor de eerste keer in de geschiedenis van de uitgeverij publiceerden Het Laatste Nieuws en De Morgen van DPG Media in 2025, benevens de gebruikelijke financiële jaarverslagen, hun zogezegde ‘Journalistieke jaarverslagen.’ Het was een begin maar het stelde allemaal niet veel voor. De vraag waarom de media deel van het probleem zijn van de groeiende polarisering in de samenleving en van het wantrouwen in de democratie, de overheid en zijn instellingen, en wat de krant daaraan wilde doen, kwam niet aan bod. Evenmin als het chronisch tekort aan onderzoeksjournalistiek die de powers that be hoort te controleren. De hoofdredacteuren schreven het rapport. Ze speelden rechter en partij. Het was niet meer dan wat window dressing. In een promo-gesprek van een VTM-journalist met Christian Van Thillo over de uitstekende financiële resultaten bleek het grootste nieuws te zijn dat HLN een veel bekeken TikTok-kanaal heeft. Gedurende de tien jaar dat ik met Christian Van Thillo samen werkte heb ik nooit een creatief idee uit zijn mond gehoord.
Toen Mathias Danneels met een ophefmakend interview met CVP-politicus en ex-premier Wilfried Martens het ganse parlement op zijn kop zette en een groot deel van de parlementairen voorovergebogen in Dag Allemaal zat te lezen of met het blad zwaaide, deed ook geen goed om de concurrentie te kalmeren. Ze waren stikjaloers.Ze staken nog een tandje bij.
Vooral vanuit Humo, De Morgen en de VRT kwamen de aanvallen op gang. Hun redacties functioneerden toen als draaideuren wat voor continuïteit zorgde in hun lasterlijke berichtgeving en het geroddel op de werkvloer . Maar ook andere kranten en tijdschriften stortten zich vol overgave om de beschuldigingen te verspreiden over de te kloppen man en zijn redactie. De afgunst was enorm. De aanvallen kwamen reeds vanaf 1993 zelfs van binnenhuis op gang, ontdekte ik pas in 2022 in het boekje ‘Gedane Zaken. Hink-stap door de Vlaamse pers.’ van Karel Anthierens. Hij was enige tijd een neutrale en bevoorrechte getuige geweest van het reilen en zeilen op de redactie van Het Laatste Nieuws :
‘Ze zetten zich tot mijn verbazing ook af tegen een blad in eigen huis Dag Allemaal van toen nog Guido Van Liefferinge. Vooral showredacteur Mark Coenegracht was het stijgend succes van Dag Allemaal een doorn in het oog (…) Broodnijd en afgunst bij Coenegracht overtroffen de roddels in showbizz land die hij graag publiek wilde maken.”
Achteraf zou blijken dat Eric Claeys die in 1996 de functie van directeur-generaal van De Persgroep van Christian Van Thillo had overgenomen, de acties zou stroomlijnen en er zelf actief aan zou deelnemen. Hij adviseerde zelfs Goedele Liekens om vooral niet te stoppen met haar publieke aanvallen op de redactie en mij. Zij bevestigde dat in oktober 2000 in een interview in Teek, een filmblad . Zijn aanzet om mijn succesrijk parcours volledig uit te wissen, gebeurde in een interview met Aktie, het vakblad van de dagbladverkopers, in 1996 :
Dat ze in Kobbegem niet stilzitten is een bekend gegeven. De Persgroep werd uitgebouwd tot vier business-units. De Nieuwe Morgen, met Koen Clement aan het hoofd. Edibel (Blik, Kwik), geleid door Yannick Beckers, Sparta (met magazines als Dag Allemaal en Goed Gevoel), met Egbert Hans als verantwoordelijke, en last but not least de Groep Hoste, waar Eric Claeys de functie van directeur-generaal overnam van Christian Van Thillo.
Ik was op dat moment directeur-uitgever van Sparta, lid van het directiecomité, een detail. Vanaf dat moment zou mijn naam niet een keer meer vernoemd worden wanneer Christian Van Thillo of andere topmensen van De Persgroep werden geïnterviewd.
Conclaaf
Tegelijkertijd werden achter de schermen gecoördineerde getuigenissen gefabriceerd die niet werden gelekt. Ze werden doelbewust uit de openbaarheid gehouden omdat het flagrante leugens waren. Achtereenvolgens kregen Marc Coenegracht, Goedele Liekens en Gert Verhulst en Hans Bourlon van Studio 100 carte blanche om eerst mijn redactie en daarna mij persoonlijke te tackelen en ons te beschuldigingen van zaken waar we niet mee bezig waren. Goedele Liekens wist de scherpe recensies van Mathias Danneels over sommige van haar seksprogramma’s niet te waarderen. Verhulst en Bourlon hadden dan weer moeite met een dossier van Johan Verstraete over gesjoemel binnen de VRT waarin ze waren vernoemd. Ze vonden dat een blad dat de exclusieve rechten had op de publicatie van hun strip ‘Samson & Gert’ geen spatje kritiek over hen of hun producten mocht publiceren. Ze verwarden commerciële belangen met redactionele autonomie . Er werd nooit iets bewezen. Dat wisten ze bij De Persgroep ook wel. Dat leidde tot een tweedaags georganiseerd conclaaf op 8-9 juni 2001 waar onder toezicht van Christophe Convent aanklachten tegen mij werden geformuleerd en ondertekend door hen . Alle beschuldigingen werden jaren later door insiders weerlegd met schriftelijke getuigenissen op een moment dat ze niet meer bedrijvig waren in de audiovisuele sector en ze geen represailles meer hoefden te vrezen. Ik kom er in volgende posts op terug.
Revanchistisch denken
In een vorig hoofdstuk vernam je hoe Isabel Albers, media-expert van De Standaard, eind de jaren ‘90 de operatie beschadiging een niveau hoger had getild met loze beschuldigingen . Een kort geheugensteuntje :
- De Standaard, 30 juli 1998 : ‘Hoewel Van Liefferinge de wereld afreist , regeert hij nog altijd over de tijdschriftenuitgeverij, zij het vaak per fax en telefoon vanuit een verre uithoek.’
- De Standaard, 10 mei 2000 : ‘Nu lijken bij uitgeefdochter Sparta weer donkere wolken te dreigen. Guido Van Liefferinge die Sparta leidt, liet zich bijzonder kritisch uit over een aantal mensen van De Persgroep en VTM.’
- De Standaard, 9 november 2000 : Een al langer lopend dispuut over de winstdeling en een verschil in visie over bladen maken zorgden al een tijdlang voor gensters tussen Christian Van Thillo en Van Liefferinge. Van Thillo ergerde er zich uitermate aan dat laatstgenoemde slechts enkele dagen per maand aanwezig was in Schelle.
CVnews en De Morgen lieten zich op hetzelfde moment ook niet onbetuigd. CVnews was een nieuwsbrief van Josephine Overeem voor de reclame en marketingwereld die door advertenties van De Persgroep in leven werd gehouden. Nadat haar rol was uitgespeeld, stopte de ‘sponsoring’ van De Persgroep. In 2005 doekte ze haar nieuwsbrief op.
- CVnews, 21 september 2001 : Overeem publiceerde n.a.v. mijn aanstelling tot hoofdredacteur van Het Nieuwsblad een lange lijst van beschuldigingen die regelrecht uit de besluiten van de Persgroep kwamen : veelvuldige afwezigheden, revanchisme, hebzucht, lasterlijke uitspraken, belangenvermenging enz.
- De Morgen, 12 januari 2002 : In het paginagroot artikel ‘Van Thillo verklaart Bert De Graeve de oorlog’ schrijft hoofdredacteur Rudy Collier :
‘Wie de hakkelig neergeschreven speech van Bert De Graeve (VRT-baas) erop naleest wordt geconfronteerd met revanchistisch denken à la Van Liefferinge’
- Humo, 19 november 2002 : In een uitgebreid interview in Humo herhaalde Christian Van Thillo de woorden van Collier en voegde er in een adem mijn hebzucht en nog wat leugens aan toe :
‘Zijn contract is driemaal opnieuw heronderhandeld, maar hij wilde steeds meer. (...) Dat proces is nu afgelopen.(...) Hij is natuurlijk uit op revanche. Dat gaat leiden tot een continue oorlog tegen onze groep, want zo zit hij wel in elkaar.’
De echte feiten waren dat ‘het proces nog niet was afgelopen’, de ‘continue oorlog’ er in bestond dat ik opkwam voor mijn contractuele rechten, en dat alle nieuwe contractbesprekingen door Christian Van Thillo waren geeist . Hij had nog maar pas de leiding van De Persgroep overgenomen toen hij en Christophe Convent tijdens een familiebijeenkomst eisten dat de contracten van voor zijn tijd met mij moesten heronderhandeld worden. In briefwisseling tussen familieleden was dat genotuleerd :
‘Een van de discussies die toen werden gevoerd, was de vergoeding van Guido Van Liefferinge ,die tot op dat ogenblik 1 BEF per exemplaar ontving van de uitgaven van Sparta. Mag ik je eraan herinneren dat zowel Christophe Convent als Christian Van Thillo vonden dat hij veel meer geld verdiende dan wij en een andere vergoedingsstructuur wensten voor Guido. Zij vonden dat een percentage van de winst een concretere verloning was en op deze basis dienden nieuwe contractbesprekingen te gebeuren’
Het eerste klopte niet, Christophe en Christian hadden in hun haast om te scoren hun huiswerk slecht gedaan. Na de opstartfase van een nieuw blad verdienden de Van Thillo’s altijd een veelvoud van wat ik verdiende. Het tweede was correct maar dat was het gevolg van de woordbreuk die zijn vader Ludo had gepleegd voor de lancering van Dag Allemaal, en waarvan ze niet op de hoogte waren. Ludo en ik hadden afgesproken het blad op fiftyfifty basis uit te geven, zoals we dat reeds voor de specials van Joepie deden. Een week voor de lancering pleegde Ludo woordbreuk. Hij was plotseling in geen velden meer te bespeuren. Omdat ik overwoog het blad dan maar niet te lanceren, overtuigde directeur Jacques Boesmans mij een door hem getekend compromis te aanvaarden enkele dagen voor het blad moest gedrukt worden om tijdig in de dagbladwinkel te liggen : ik zou 1 fr. per verkocht exemplaar ontvangen. Christian beschuldigde mij dus niet te investeren in de bladen maar waarvoor zijn vader verantwoordelijk was geweest. Zoals hij evenmin op de hoogte was van wat er tijdens de 17 jaren voor zijn komst was gebeurd en gerealiseerd met weinig of geen middelen. Benevens voormelde woordbreuk was er in al die jaren slechts een hallucinant incident geweest dat de media-geschiedenis van de familie en ook van mij grondig had kunnen veranderen indien ik toen zijn vader zijn zin had gegeven.
Vier maand na de herlancering van Dag Allemaal in september 1988 eiste een extreem opgewonden Ludo in het bureau van Boesmans dat ik Dag Allemaal goedkoper zou maken omwille van zijn oplopende verliezen van zijn andere media-avonturen in Brussel en Parijs. Omdat ik niet reageerde op zijn uitval waarvan ik geen half woord begreep, begon hij driftig te zwaaien met een resultatenrekening tot november 1988 , scheurde de bundel papier doormidden en gooide het naar mijn hoofd. Ik raapte de papieren op en verliet het bureau. Boesmans had het spektakel handenwringend gadegeslagen.
Ik veranderde niets aan Dag Allemaal. Het blad zette zijn opgang verder. Tussen september en december 1988 was de verkoop van Dag Allemaal met de helft gestegen, van 75.000 tot meer dan 100.000 verkochte exemplaren. Tegen de tijd dat de commerciële zender VTM begon uit te zenden op 1 februari 1989, was de verkoop verdubbeld tot meer dan 140.000 exemplaren. We hadden de oorlog nog niet gewonnen maar toch al een veldslag.
Ik had Ludo Van Thillo vanaf dat pijnlijk incident niet meer gezien, tot hij in 1992 onverwacht weer regelmatig op Sparta verscheen om de ‘uitstekende cijfers’ te bekijken, samen met de nieuwe administratief directeur Catherine Spitaels.
Ook de twee daaropvolgende contractbesprekingen werden door Christian Van Thillo geeist. De eerste keer om mij mee te doen investeren. Ik had daar vanaf het begin geen probleem mee. Ik was zelfs vragende partij. Toen Ludo Van Thillo twijfels had over de winstgevendheid van de Joepie-specials trok ik hem over de streep door voor te stellen het fiftyfifty te doen. We kwamen het mondeling overeen. Het is eigenaardig genoeg de enige afspraak die door Ludo nooit in vraag werd gesteld tot Christian eenzijdig probeerde mij een minder gunstige financiële regeling op te dringen naar aanleiding van de specials die ik publiceerde over het plotse overlijden van koning Boudewijn op 31 juli 1993.
De laatste contractbesprekingen vanaf 1993 gebeurden omwille van de woordbreuk van Christian Van Thillo voor de uitgave van TV-Familie. We hadden in 1992 de fiftyfifty joint venture Special Interest Media (SIM) opgericht. Uitgezonderd Sparta zat de ganse groep danig op zijn gat dat Christian het een goed idee vond om samen met mij een nv op te richten die voortaan alle bladen zou uitgeven die ik nog zou creëren. De reden daarvoor was dat ze op dat moment mij meer nodig hadden dan ik hen. Ik had het kunnen weten. Tijdens een voorbereidend gesprek voor de joint venture bleek dat De Persgroep weinig voorstelde en Sparta de money maker was.
Goed Gevoel, een maandblad, was de eerste publicatie van SIM. Het was meteen een succes en winstgevend wat, eerlijk, ik niet had verwacht. In de flow van dat succes begon ik aan de voorbereidingen van een goedkoop celebrity magazine TV-Familie. Het paste in mijn strategisch plan om van Dag Allemaal de onbetwiste leider van de tv-bladenmarkt te maken. Dag Allemaal zou het triviale celebrity nieuws aan TV-Familie overlaten waardoor voor Dag Allemaal de ruimte werd gecreëerd om Humo frontaal te kunnen aanvallen op het gebied van diepgravende interviews, integere human interest-verhalen en geloofwaardige onderzoeksjournalistiek .
Kort voor de lancering van TV-Familie eiste Christian Van Thillo plots dat het blad door Sparta moest worden uitgegeven. We belandden in een impasse die hijzelf had gecreëerd. Hij gaf dat toe. ‘Je visie naar de markt toe is meestal altijd juist’, schreef hij mij, ‘maar ik zou beter twee keer nadenken vooraleer ik op alles wat je voorstelt enthousiast reageer.’ In een tekst van drie bladzijden sloofde hij zich uit, met verzinsels en ronduit leugens, om mij te overtuigen dat TV-Familie door Sparta moest worden uitgegeven. Het leidde uiteindelijk tot nieuwe contractbesprekingen die een jaar zouden aanslepen, ‘om mij ter wille te zijn’, zal Christian tijdens de procedure tot vervelens toe blijven herhalen waarmee hij bedoelde en later tijdens de rechtszaak zal herhalen, omwille van mijn inhaligheid. Wie de contracten doorneemt , kan alleen maar vaststellen dat van zijn inschikkelijkheid niets overblijft en ik hem meermaals ter wille was om de onderhandelingen vooruit te helpen. Ik ging ten slotte nog akkoord met zijn laatste eis om SIM op te doeken wat ik nooit had mogen doen. Ik wilde gewoon dat blad maken. Dat verklaart waarom ik TV-Familie reeds lanceerde nog vooraleer de contractbesprekingen afgerond waren. Ik gaf de enige hefboom uit handen waarmee mijn adviseur op de besprekingen kon wegen. De familie verdiende in elk contract dat we afsloten altijd een veelvoud van wat ik verdiende waarvoor ze weinig hoefde te doen . Ik kon daar mee leven, Christian blijkbaar niet.
In dat zes pagina’s groot Humo-interview van 19 november 2002 van Martin Coenen met Christian Van Thillo, slaagde hij er niet een keer in mijn naam goed te schrijven. Coenen contacteerde mij ook niet voor een weerwoord op de lasterlijke uitspraken van mijn ex-partner. .
Christian Van Thillo pikte de draad over mijn inhaligheid weer op. Hij borduurde verder op de quote ‘in Monaco’ die Isabel Albers in haar primeur over de breuk in De Standaard van 8 november 2000 uit de mond van Christophe Convent had genoteerd zonder verdere commentaar. Met maar twee woorden had Albers de parallel getrokken tussen mijn kritische kijk op de pers en mijn zogezegde inhaligheid wat mijn verblijfplaats moest verklaren. Christian Van Thillo gaf nog wat extra ‘duiding’ naar aanleiding van mijn benoeming tot hoofdredacteur van Het Nieuwsblad :
‘Het Nieuwsblad heeft toch nog altijd een christelijke achtergrond en dat is niet meteen de ideologie van meneer Van Liefferinghe. Wat ik nog straffer vind, is dat hij begon te schrijven dat we meer burgerzin moeten hebben en dat de politici de democratische waarden zo goed mogelijk moeten verdedigen, terwijl hij zelf Monegask is om de Belgische fiscus te ontlopen’
Om maar meteen met de deur in huis te vallen, Christian Van Thillo is zo ongeveer de laatste die anderen mag aanspreken op het ontwijken van belastingen. Zijn onderneming is sedert jaren ondergebracht in een Stichting Administratiekantoor (STAK) in Rotterdam. De gegevens daarover worden bewaard bij de Kamer van Koophandel van Rotterdam. Een STAK heeft hoofdzakelijk tot doel om bij het openvallen van een erfenis geen successierechten te moeten betalen.
Destijds, bij de oprichting van de TAK-constructie , werd het voorzitterschap toegewezen aan Christophe Convent, de schoonzoon van Ludo Van Thillo. De andere deelnemers waren Ludo, en zijn zonen Christian en Emmanuel Van Thillo. Welke namen nu in de TAK-constructie voorkomen, is geheim. Wie daar navraag over doet, krijgt nul op het rekest. En om de puntjes verder op de i te zetten, ik ben nooit Monegask geweest. Ik kon er dus ook de Belgische fiscus niet mee ontlopen. Ik verbleef nog altijd voltijds in België waar ik persoonlijk en mijn eenmansbedrijf belast werden. Enkele verlengde weekends per jaar verbleef ik in Marbella waar ik, een familielid en enkele vrienden een vakantieverblijf hadden . Als ik echt aan rust toe was trok ik een tiental dagen uit om mij af te zonderen op Koh Samui, een paradijselijk eiland in de golf van Thailand op een uur vliegen van het bruisende Bangkok, ook niet slecht.
Met zijn uitval over mijn zogezegde belastingontwijking versterkte Christian Van Thillo doelbewust voor de lezers de perceptie van mijn hebzucht wat dat dispuut over de winstdeling extra in de verf zette. Het ging helemaal niet over winstdeling, het ging over het feit dat Christian Van Thillo tijdschriften wilde opdoeken die niet genoeg winst genereerden terwijl ik ze een verrijking vond voor de diversiteit van ons portfolio. De enorme verscheidenheid van tijdschriften die DPG Media nu uitgeeft, bewijst dat mijn visie de juiste was.
Dat Christian niet gelukkig was dat ik het hoofdredacteurschap van Het Nieuwsblad had aanvaard, kon ik nog begrijpen. Maar dat gaf hem nog geen vrijgeleide op mij op zo’n manier te beledigen en mijn reputatie te schaden. Zijn wereld is opgedeeld in vrienden en vijanden. Voor mij was het de kans om weer recht te kruipen na de brutale breuk en mij te concentreren op wat ik het liefste deed in plaats van constant te moeten bezig zijn met een slijtageslag waarop ik geen vat kreeg en die mij fysiek en geestelijk enorm belastte. Ik had het voorstel van Thomas Leysen aanvaard met respect voor het redactionele beleid en de geloofsovertuiging van zijn krant en niet om mijn persoonlijke ideologie te propageren. Dat is wat professionele en integere journalisten doen.
Dodelijke efficiëntie
Christian Van Thillo en Christophe Convent bewezen met die laaghartige aanval op mijn inkomen en mijn verblijfplaats hun lange termijn-strategie van ‘la suite dans leurs idées’ die Isabel Albers eerder had gepubliceerd op basis van gesprekken met hen of lekken. Zo ging het ineen geflanst narratief een eigen leven leiden zonder dat dat te veel opviel. Het was pijnlijk de leugens in Humo uit de mond van Christian Van Thillo te moeten lezen.
Het is maar ná het recent doorploegen van stapels artikels, interviews, perscommuniqué’s en besluiten dat ik er in geslaagd ben de subtiele, meesterlijke maar dodelijke efficiëntie van de communicatie van Christian Van Thillo en Christophe Convent aan te tonen. Het is een systeem waartegen ik niet opgewassen was en waartoe ik mij zelf nooit heb geleend .
Elke gelegenheid werd aangegrepen om mijn reputatie verder te belasteren. Nadat ik mijn opdracht van algemeen hoofdredacteur bij Het Nieuwsblad tot een goed einde had gebracht, schreef hoofdredacteur Rudy Collier in De Morgen van 18 juni 2003 :
‘Hoofdredacteur Van Liefferinge moet vroegtijdig zijn job bij Het Nieuwsblad opgeven als levend bewijs dat een uitgever van showbizz bladen niet meteen het hoofdredacteurschap van een krant kan dragen (…) Bovendien hanteerde Van Liefferinge de krant als puur revanchevehikel tegen zijn vroegere werkgever De Persgroep.’
Nogmaals, Christian Van Thillo is nooit mijn werkgever geweest.
De resultaten van Het Nieuwsblad en het stoppen van de dalende trend van de verkoopcijfers die niemand in de uitgeverij voor mogelijk had gehouden op zo’n korte tijd, spraken boekdelen :
Ik vertrok in de beste verstandhouding bij Corelio. De directie bood mij een afscheidsdiner aan in het restaurant van de golfclub in Keerbergen. De directeuren van alle diensten waren aanwezig evenals De Standaard-hoofdredacteur Peter Vandermeersch.
- CVnews, 22 augustus 2003 : ‘De stijging van de krant Het Nieuwsblad is gelinkt aan het verdwijnen van de h. Van Liefferinge als hoofdredacteur .
- CVnews, 7 november 2003 : ‘De Persgroep is nog niet af van Van Liefferinge…een aantal interviews in 2000 waarin Van Liefferinge zijn werkgever niet spaarde en hij werd ontslaan.’
Voor zover nog nodig, Christian Van Thillo was nooit mijn werkgever.
- voorjaar 2024 Het boek ‘De Belg. Christian Van Thillo, de mediakoning van de Lage Landen’ van de Nederlandse onderzoeksjournalist Mark Koster verschijnt. Ik had geweigerd om voor het boek geïnterviewd te worden. Achteraf gezien had ik dat beter wel gedaan. Mark Koster bevestigde dat zijn typering van mij de neerslag is van hoe ik op de redacties van De Persgroep wordt gepercipieerd, het zal dus wel waar geweest zijn : etterende graaier, cynische zuiger, treiteraar, saboteur. Hij sprak o.m. met ex- en hoofdredacteuren Paul Daenen, Wouter Verschelden, Yves Desmet, Bart Eeckhout en de columnist Jan Segers. Andere DPG-journalisten wilden alleen naamloos praten. Zelfs de verklaring van gewezen hoofdredacteur van De Morgen, Yves Desmet, dat ik ‘de best betaalde journalist van Europa was’, was doelbewuste framing en misleidend wat de afgunst in het wereldje al die jaren nog versterkte . Een journalist van populaire bladen die de rangen ontsteeg en er bovendien veel geld mee verdiende, was een slag in het gezicht van al die zelfverklaarde senior writers die zich al gans hun carrière financieel miskend voelden. Ik werd niet betaald als journalist. Ik was een uitgever die recht had op een deel van het resultaat van de bladen die hij creëerde, en daar was geen centiem van gestolen. Het zou dezelfde nonsens geweest zijn indien Desmet over zijn baas Christian Van Thillo zou hebben gezegd dat hij ‘de best betaalde directeur van Europa’ was.
Pro memorie :
- Mijn exclusieve samenwerking van 27 jaar met de familie Van Thillo getuigt van een uitzonderlijke trouw en loyaliteit. Begin de jaren ‘90 had Andre Leysen, de vader van Thomas, mij reeds gevraagd of ik hoofdredacteur wilde worden van Het Nieuwsblad. Ik zei hem dat ik geflatteerd was door zijn verzoek maar dat ik ‘getrouwd was met de Van Thillo’s’. Hij begreep dat. Van wat er gebeurd was en gerealiseerd werd gedurende de 17 jaren dat ik met Ludo Van Thillo samen werkte, wist Christian niets. Hij was er niet bij. Hij had zijn licht kunnen opsteken bij Joris Van Thillo, de baas van de familiedrukkerij Astra, die er wel bij was. Hij hield eraan mij te bedanken:
"Als toenmalig directeur van de drukkerij Astra , weet ik als geen ander wat uw talent en inzet hebben betekend voor het succes van de bladen die werden uitgegeven door Sparta en die werden gedrukt bij Astra. In zeer moeilijke omstandigheden en met weinig of geen middelen heb jij immers tijdschriften bedacht en opgericht, waaronder het meest verkochte blad van Vlaanderen, Dag Allemaal. Dag Allemaal heeft destijds een ware boost gegeven aan het succes van Sparta en aan de positieve financiële resultaten die hiervan het gevolg waren. Ik heb het dan ook altijd betreurd dat mijn familie de financiële engagementen tegenover u niet is nagekomen."
In een artikel in Vrij Nederland van 15 mei 2009 schetsten journalisten Jaap Bloembergen en Piet Depuydt een zakelijk profiel van Christian Van Thillo. Ze omschreven hem als een heel gewiekste ondernemer, een wolf in schaapsvacht:
‘Christian Van Thillo is tot het uiterste gedreven als een prooi in zicht is. Hij heeft de uitstraling van een beminnelijk en charismatisch man, daar is iedereen het over eens. ‘Maar dat maakt hem juist gevaarlijk’, zei een ingewijde. ‘Je denkt dat je een deal kan sluiten, maar wel altijd onder zijn voorwaarde. Fiftyfifty bestaat niet, ook al staat het in de boeken. Christian is een geniale en uitstekende uitgever, maar niet te beroerd om de trukendoos te openen en iemand uit de dynastie te dumpen. Een sluwe vos, een verleider, steeds omringd door de Van Thillo-boys die hem onvoorwaardelijk steunen. Hij koestert hen en beloont hen met een totaalpakket van financiële giften. ‘Eenmaal bij Van Thillo, altijd bij Van Thillo’, zo luidt het devies. In ruil daarvoor geldt de omerta.’
Tot slot : Ik heb er geen enkele moeite mee dat ik zo ongeveer als de grootste zakelijke oen van het westelijk halfrond doorga. Vreemd dat de collega’s niet geïnteresseerd waren om ten minste over dat smeuïg verhaal te berichten. Het zou een leerrijke handleiding geweest zijn voor start uppers en een waarschuwing om attent te zijn en je te laten bijstaan door een vertrouwenspersoon die weet hoe scrupuleus het eraan toegaat in de business wereld. Als je een uniek talent hebt, kan je de top bereiken. De absolute top bereik je zelden of nooit als je correct en integer handelt, niet bereid bent rode lijnen te negeren en weigert tot de ons-kent-ons-clubs toe te treden.
Mijn legendarische aversie voor administratie, contracten en paperassen was uiteraard mijn verantwoordelijkheid. Daar kan ik mee leven maar dat was nog geen vrijbrief voor Christian Van Thillo om mij op zo’n hondse wijze te behandelen en mij zelfs alles proberen af te pakken waar ik recht op had.
Geld was nooit mijn drijfveer. Wat dat betreft was ik het volledig eens met Elizabeth, de dochter van mediabaron Rupert Murdoch, die tijdens een toespraak op het Edinburgh Televisiefestival het volgende verklaarde:
“Profijt zonder doel is een catastrofe. Het is overduidelijk dat de afwezigheid van een doel, of van een moreel streven, van de overheid, de media of de business, een van de meest gevaarlijke own goals voor het kapitalisme en voor de vrijheid kunnen worden. We hebben een verantwoordelijkheid voor elkaar en niet alleen voor onze bottom line. Profijt moet onze dienaar zijn, niet onze meester.”
Indien ik met geld bezig was geweest, zat ik nu in de psychiatrie. Mensen die het kunnen weten, beweren dat ik mij tientallen miljoenen euro’s heb ‘laten afpakken’ terwijl ik er stond op te kijken. De enorme winsten die ik voor Sparta realiseerde, verbazen mij tot op de dag van vandaag. Ik vraag me bijwijlen wel eens af wat ik met al dat geld zou hebben gedaan indien zakelijke instincten het grootste deel van het financiële resultaat van mijn creativiteit voor mij hadden gerealiseerd. Niets anders dan wat ik tot nog toe in mijn directe omgeving heb gedaan.
Volgende keer : FALENDE RECHTSTAAT, KLASSENJUSTITIE
"In dat zes pagina’s groot Humo-interview van 19 november 2002 van Martin Coenen met Christian Van Thillo, slaagde hij er niet een keer in mijn naam goed te schrijven. Coenen contacteerde mij ook niet voor een weerwoord op de lasterlijke uitspraken van mijn ex-partner. Coenen, intussen 70, heeft nog altijd zijn column in De Morgen. Wie de journalistiek ondergeschikt maakt aan het groepsbelang, kan rekenen op royale post-pensioen extra’s ."
De Coenen die columns schrijft in De Morgen kijkt een beetje verbaasd, want hij is bijlange nog geen 70 en heeft niets te maken met die andere Coenen, omdat zijn voornaam niet Martin maar Mark is. En in 2002 was hij nethoofd van Studio Brussel. Graag rechtzetting.
Bij deze. Excuses voor de naamsverwisseling en dank voor de toelichting.